Architectuur van CODA: twee visies, één cultuurhuis

CODA is meer dan een museum, bibliotheek en archief in één: het is een plek waar architectuur, cultuur en publieksbeleving samenkomen. De twee hoofdgebouwen van CODA – ontworpen door Hans Ruijssenaars en Herman Hertzberger – vertellen elk hun eigen verhaal en vullen elkaar aan in functie én uitstraling. Een centrale entree verbindt deze twee architectonische visies tot een open, gastvrij en toekomstgericht cultuurhuis.

undefined
CODA Bibliotheek (1984)

CODA Bibliotheek – Hans Ruijssenaars (1984)

Wanneer de gemeente Apeldoorn in de jaren ’80 een volledig nieuwe bibliotheek mag realiseren, gaat de opdracht voor het ontwerp naar Hans Ruijssenaars. Vanuit een heldere en functionele benadering ontwerpt hij een gebouw waarin de bezoeker centraal staat.

Als uitgangspunt voor dit ontwerp kiest hij een opengeslagen boek als metafoor: de centrale vide met het glazen dak vormt de ‘ruggengraat’ waar alle functies omheen georganiseerd zijn; de vloeren vouwen zich als pagina’s uit naar de verschillende afdelingen. Een structuur die voor overzicht én openheid zorgt. Vanaf deze plek heb je altijd zicht op andere verdiepingen, andere functies en andere bezoekers.

Het interieur wordt ook door hem tot in detail uitgewerkt, waarbij alles moet kloppen wat vorm, schaal en functionaliteit betreft. Het resultaat? Een samenhangend gebouw waarin het prettig dwalen, lezen, leren en verblijven is. Een openbare, lichte en uitnodigende plek waar mensen zich welkom voelen.

Over de architect
Hans Ruijssenaars (1932–2020) heeft aan uiteenlopende projecten gewerkt en staat bekend om zijn zorgvuldige detaillering en brede culturele blik. Kenmerkend voor zijn werk zijn een ingetogen vormgeving, geometrie en aandacht voor de gebruiker. Zijn ontwerp voor CODA Bibliotheek wordt in binnen- en buitenland geprezen.

CODA Museum – Herman Hertzberger (2004)

CODA Bibliotheek wordt in 2004 uitgebreid met een museum- en archieffunctie. Het ontwerp is van Herman Hertzberger, één van Nederlands meest invloedrijke architecten. Hij baseert zijn ontwerp op het idee dat architectuur mensen in beweging moet brengen - zowel fysiek, mentaal als sociaal.

Het museumgebouw is helder en transparant met veel glas, zichtlijnen en verbindingen, waarbij de verschillende functies in het gebouw in elkaar overvloeien. Het is geen traditionele ‘witte doos’, maar een ruimte waarin kunst, publiek, educatie en ontmoeting elkaar versterken. Het museum is opgebouwd rond een centrale hal met trappen, balkons en vides en daardoor krijgen bezoekers voortdurend een nieuwe kijk op de tentoonstellingen én op elkaar. De route is niet strikt lineair, maar nodigt uit tot dwalen, iets dat past bij Hertzbergers visie dat een gebouw ruimte moet laten voor interpretatie en eigen gebruik.

Over de architect
Herman Hertzberger (1932) is wereldwijd bekend als pionier van het structuralisme in de architectuur. Zijn gebouwen, waaronder het voormalig Centraal Beheer-complex in Apeldoorn en het Muziekgebouw aan 't IJ in Amsterdam, zijn ontworpen als 'dragers van menselijke activiteit'. CODA Museum is één van zijn latere, maar ook meest publieksgerichte ontwerpen.

De centrale entree; verbinding en vernieuwing (2019)

Met de realisatie van de centrale entree worden beide gebouwen, met daarin de bibliotheek en het museum, fysiek en symbolisch met elkaar verbonden. Een entree die ook de zichtbaarheid en toegankelijkheid van CODA als geheel vergroot: vanuit deze centrale plek vinden bezoekers hun weg naar álle onderdelen van CODA.

Deze nieuwe ingang bestaat uit een licht bollende staalconstructie met latten van larikshout, waarbij de vorm doet denken aan een accolade: een teken dat in tekst een verbindende of omlijstende functie heeft. Zo vormt de entree ook letterlijk een brug tussen de architectonische stijlen en functies van CODA. Hans Ruijssenaars tekent voor het ontwerp en vult daarmee zijn eerdere ontwerp op eigentijdse wijze aan.

Architectuur als ervaring
De gebouwen van CODA zijn niet zomaar omhulsels voor culturele activiteiten; ze zijn er onlosmakelijk mee verbonden. Wie CODA bezoekt, ervaart direct de kracht van ruimte, licht, materiaal en beweging. De visie van twee verschillende architecten komt samen in een gedeelde ambitie: een plek creëren waar mensen zich welkom voelen, kunnen ontdekken, ontmoeten en groeien. CODA is daarmee ook een architectonisch verhaal – over openheid, samenhang en publieke ruimte. Over hoe stenen, lijnen en volume iets kunnen zeggen over wie we zijn en hoe we samenleven.